Hulplijn: 0318 - 54 78 70

Niet verstoppen maar praten

Terug naar alle verhalen

“Ik wilde niet meer bang zijn. Ik kon twee dingen doen: weggaan of hulp zoeken. Ik heb voor het laatste gekozen en heb er geen spijt van.” Renate en Kees zijn 14 jaar getrouwd en hebben een zoon van acht. Vanaf de eerste dag van hun huwelijk slaat en schopt Kees haar regelmatig wanneer hij zich gefrustreerd voelt.

Onze zoon Roy was steeds vaker getuige van het huiselijk geweld. Ik was door de jaren heen erg op mijn hoede geraakt om niets verkeerd te doen; nu zag ik dat Roy meer en meer onzeker werd. Als zijn vader geweld gebruikte dan begon hij hysterisch te huilen. Kees pakte hem dan stevig vast, schudde hem door elkaar om hem vervolgens te troosten. Ik kon deze situatie niet langer aanzien. Er moest een oplossing komen. En dat terwijl ik juist dacht dat het geweld minder zou worden door de geboorte van Roy.

Situatie verandert

Een jaar geleden belde Renate Stichting Schuilplaats voor een gesprek. De hulpverlener van Schuilplaats: “Die eerste stap zetten is vaak de moeilijkste. Het is een cruciaal moment waarop de situatie kentert: het slachtoffer besluit hulp te gaan zoeken en het probleem komt aan het licht. Het is het moment dat het slachtoffer erkent dat het geweld een probleem is en er een oplossing nodig is. Wij bevestigen dit en dat maakt een nieuwe kracht los bij de cliënt die hem/haar in staat stelt het geweld te laten stoppen.”

Spoed

De hulpverlener vervolgt: “We zetten bij huiselijk geweld altijd direct een spoedaanvraag in werking zodat het slachtoffer ervan op aan kan direct hulp en steun te krijgen. Meestal heeft het zetten van deze stap tot gevolg dat ook de dader bereid is hulp te aanvaarden bij het doorbreken van de geweldspiraal. Renate heeft na het intakegesprek direct aan haar man duidelijk gemaakt: ‘Wil je dat ik blijf? Dan moet je in behandeling gaan. En als je me weer slaat of schopt, bel ik de politie.’

Niet wegkruipen

Renate: “Het gekke is, dat ik mijzelf de schuld gaf van de woede-uitbarstingen en het geweld van mijn man. Ik dacht: ‘ik heb het niet goed aangepakt. Ik had dit of dat moeten zeggen’. De hulpverlener van Stichting Schuilplaats heeft mij geholpen mijn eigen gedrag te veranderen. Door niet weg te kruipen op het moment dat Kees boos wordt, beseft hij dat ik geen schuld heb aan zijn woede uitbarsting. Hij is zelf verantwoordelijk voor de woede die hij voelt en zeker voor de klappen die hij uitdeelt. Het bijzondere is dat dit zo’n effect heeft op de situatie, dat ik vanaf dat moment ook geen klappen meer gekregen heb. Kees bleek zijn impuls tot agressie wel degelijk onder controle te kunnen krijgen.”

Confrontatie

Renate vertelt tijdens de gesprekken met de hulpverlener haar verhaal. “Het heeft lang geduurd voordat ik zwanger werd. Kees wilde graag een kind en ik merkte dat het uitblijvende vaderschap een punt van frustratie voor hem was. Ik was daarom zo blij toen ik eindelijk zwanger was en hoopte dat de woedeaanvallen van Kees zouden stoppen. Maar dat bleek niet het geval. Twee jaar geleden kwam ik met een gekneusde arm bij de huisarts. Ik heb hem toen voor het eerst verteld van het huiselijk geweld. Hij is gaan praten met Kees en adviseerde hem om in therapie te gaan. Dat wilde Kees niet. Hij was bang voor confrontatie met zijn emoties. Als kind is hij zelf slachtoffer geweest van de woede uitbarstingen van zijn vader.”

Denkpatronen

“Ik was zo moe van de situatie. Soms dacht ik erover om weg te gaan bij mijn man. Het gaf mij hoop dat Kees nu bereid bleek om in therapie te gaan bij De Waag. Dit is een gespecialiseerd centrum voor zorg aan mensen met grensoverschrijdend gedrag. Hij leerde om emoties niet te vertalen in agressie maar in het uitspreken en tonen ervan. De hulpverlener van Schuilplaats heeft met mij gewerkt aan verandering in mijn gedrag en denkpatronen. Ik heb als kind de rol van ouder vaak op mij genomen. Van jongs af aan was ik gewend om altijd te geven en ik kreeg daarvoor geen bevestiging. Ook bij vriendinnen durfde ik niet aan te kloppen voor hulp. Omdat ik bang was dat ze het te druk met zichzelf hadden.”

Respect

Renate: “Ik ben naar mijn ouders toegegaan en heb met hen gesproken over het verleden. Zij gaven toe dat ze altijd een groot beroep op mij hadden gedaan. Ik heb vervolgens wat meer afstand van hen genomen. Om nu eens niet degene te zijn die alles regelt. Mijn ouders kwamen naar mij toe en gingen me helpen. Dat was een enorme erkenning en steun. De belangrijkste verandering was misschien wel dat ik over mijn ervaring heb gesproken met mijn vriendinnen en ook met mensen binnen onze kerkelijke gemeente. Ik was erg bang voor de schaamte en schande. Wat bleek? De mensen om ons heen vonden mij dapper en hadden respect voor hoe wij onze problemen aanpakten. Ze gaven daarnaast ook blijk van herkenning. Dat is een grote steun voor ons geweest.”

Opnieuw beginnen

“Doordat Kees meer over zijn gevoelens leerde praten, zijn we sowieso meer gaan praten met elkaar. Dat heeft het vertrouwen in elkaar veel goed gedaan. Ik vond het moeilijk om hem te vergeven maar nu hij zelf heeft aangegeven dat hij fout zat en het hem spijt, is dat makkelijker geworden. Lucas 17 heeft me tijdens de hulpverlening geholpen in de worsteling hoe ik met vergeving om moest gaan. Wat er is gebeurd leg ik in de handen van de Heere. Zo kunnen we iedere dag opnieuw met elkaar beginnen.” Met verwondering verzucht Renate: “Ik had nooit gedacht dat het zo ten positieve kon veranderen. Ik ben God en de hulpverlening zeer dankbaar.”